Beursberichten augustus 2023

Het optimisme op de financiële markten hield ook in juli aan. Na een wat minder voortvarende start sloten de aandelenbeurzen de maand wederom hoger af. Een dalende inflatie in combinatie met kwartaalresultaten, welke in veel gevallen de verwachtingen toch weer overtroffen, bepaalde het positieve sentiment. Dit ondanks de renteverhogingen van de FED en de ECB, die reeds door de financiële markten werden verwacht. Het was bovendien een drukke periode voor economische publicaties, waarbij met name de veerkracht van de Amerikaanse economie en de zwakke indicatoren in de eurozone leidden tot hogere koersen van Amerikaanse aandelen.

De Amerikaanse 10-jaars rente steeg weer tot boven de 4% na de bbp-cijfers, waarbij de recente daling van de dollar tot staan werd gebracht. De FED verhoogde de rente zoals verwacht met nog eens 25 basispunten tot 5,5%. De verwachting is dat de piek hiermee is bereikt. De EBC, die later is begonnen, verhoogde met eenzelfde stap, maar dan tot 3,75%. Beide centrale banken zullen de ontwikkeling van de inflatie nauwgezet volgen en zullen niet aarzelen de rente verder te verhogen, mocht er geen kentering plaatsvinden. Beiden lijken in het gunstigste geval op een ‘rentepauze’ af te stevenen en houden dus rekening met een verslechtering van de groeivooruitzichten.    

In de laatste week werden er zoals vanouds ook veel halfjaarresultaten bekendgemaakt. Zowel in Europa als in de VS was er dus sprake van een aantal positieve verrassingen. 80% van de Amerikaanse bedrijven heeft de verwachtingen overtroffen. In Europa ligt dat percentage wat lager maar ook daar was er sprake van een beperkt aantal tegenvallers. Zelfs winstwaarschuwingen werden in een aantal gevallen met een positieve koersreactie ‘beloond’, wat aantoont dat de verwachtingen niet hoog waren gespannen. Positieve verrassingen kwamen vooral voor in technologie en basisgoederen. In de financiële sector waren vooral de hogere rentebaten reeds ingeprijsd.

Voor wat betreft de economische groeicijfers, is er nog steeds sprake van uiteenlopende ontwikkelingen. In de Verenigde Staten groeide de economie in het tweede kwartaal met 2,4% op jaarbasis, een versnelling ten opzichte van de 2% groei in het eerste kwartaal. De groei van de consumptie vertraagde wel maar de investeringen van bedrijven groeiden aanzienlijk. In Europa geven de recente indicatoren geen tekenen van een opleving, getuige een daling van het economisch sentiment. Dit laatste zou wel eens kunnen betekenen dat de ECB (mocht de inflatie niet verder oplopen) de laatste stap heeft gezet; een dalende rente kan het sentiment ten goede komen, ondanks de wederom moeizame start in augustus. Dit in combinatie met meevallende bedrijfsresultaten stemt ons gematigd optimistisch.

‍